top of page
Search

23. Na regen...

  • Writer: Marc Krone
    Marc Krone
  • Aug 28, 2021
  • 6 min read

Updated: Sep 2, 2021


7 juli 2020


Ik word wakker.

Om mij heen is het stil.

Heel af en toe hoor ik een zuchtje wind de tent beroeren.

Het schemerlicht van de ochtend is tegelijkertijd geruststellend en heftig. Godzijdank ben ik dus levend de nacht doorgekomen en staat de tent nog. Maar anderzijds -het is nu 5:30 uur- heb ik maar twee uur geslapen en laat het licht een bevroren condenslaag zien aan de binnenkant van het tentzeil.

Ik worstel met de beslissing van of opstaan, of nog wat slapen. Maar hoe ik ook ga verliggen ik ontkom niet aan de snijdende kou die door alle kieren mijn slaapzak naar binnen sluipt. Ik ben er door totale uitputting er net twee uur doorheen geslapen maar nu wint de kou het van de uitputting en zit niks anders op dan maar op te staan. Te bewegen. Geluk bij een ongeluk is, dat ik alles wat ik bij me heb al aan heb, dus kan ik zo uit mijn slaapzak in mijn schoenen. De veters zijn hard. En ik vervloek mijzelf dat ik geen handschoenen bij mij heb. Als ik uiteindelijk met mijn stijve vingers de tent open heb, sta ik buiten in een schitterende koude en heldere morgen.

De tent is wit. Van het ijs.

Het gras knispert terwijl ik klappertandend rondloop.

Even verderop, op het laagste punt, op een soort van col, ligt een piepklein oorlogs-kerkhofje.

Met het kruis wat ik gisteren in de verte zag. Hoe toepasselijk.

Ik sta in de eerste stralen van een nog krachteloze zon. Maar god wat voelt het goed.

Ik stamp wat heen en weer in de hoop in ieder geval niet kouder te worden. Een wonderlijk probleem: het is te koud om in te pakken, maar ook te koud om hier zo maar een beetje rond te staan.

Op een uur hiervandaan is warmte en koffie. Dat kan niet anders.

Terug bij de tent schraap ik de laag ijs met mijn blote handen van het Dyneema. Het is hels pijnlijk. Dan kruip ik half terug naar binnen en zo goed en kwaad als het kan gooi ik alles in mijn rugzak.

Ik prop het maar zo’n beetje naar binnen. Geen keus. Mijn vingers krijgen de sluitingen van de waterdichte zakjes toch niet open. Ik gooi die zak op mijn slaapmatje buiten.

En breekt de tent af.

Ik dank God voor deze peperdure Amerikaanse gekte. Z-packs heeft feitelijk mijn leven gered de afgelopen twaalf uur. Amen.



De knisperende ijstent gaat bovenop de binnenzak. Ik rol de rugzak dicht en probeer een paar keer vruchteloos de clips te sluiten. Als ze uiteindelijk vast zitten en mijn matje er boven op ligt ga ik nog even op zoek naar de verloren haring. Maar ik begrijp al snel dat ik als de duivel hier weg moet! Lopen! Warm worden!

Verkleumd zet ik koers richting westen.

Een hand in mijn zak, in de ander één een stok.

Houterig en ijskoud schuifel ik voetje voor voetje door de ijzige ochtend. Dan weer mijn rechter, dan weer de linkerhand in de zak van mijn gifgroene regenjack.

Maar wat ik ook doe de hand wordt niet warm. Het is een stekende pijn die de kou geeft en waar niet tegen te vechten is.

Als ik rond de volgende top loop en het pad naar het noorden afbuigt, giert er bovendien een verlammende poolwind om de hoek.



Het duurt een eeuwigheid, maar het geheugen is gezegend met een goddelijk vergeten. Soms is het leven alleen maar volhouden.

Na ongeveer vijf kwartier doemt een stuk beneden mij de Sillianer hut op.

Ik strompel het terras op en gooi mijn rugzak tegen een tafel. Dan loop ik naar binnen een totaal andere wereld in.


Hier temidden van het blanke hout en de betegelde vloeren bestaat afgelopen nacht niet. Hier is de grootste uitdaging de keuze tussen gebakken eieren en muesli met vruchten yoghurt.

En oké, ik mag dan wel hardcore overlever zijn, ik ben als een kind zo blij dat ik een eenvoudige milchcafé kan bestellen.

Even later zit ik op de punt van een van de blankhouten tafels mijn handen te verwarmen aan de gloeiende kop koffie. Niets liever nu dan dat gewoon de tijd voorbij gaat en ik domweg gelukkig kan zitten zijn. Waarom wil ik toch zo graag zo vaak ingewikkelde dingen?

Oerwoud safari’s in Thailand of Glasbottom bungalows in de Malediven?

Dit kop koffie “beats it all… “

Big time.



Als de zon op het terras schijnt leg ik mijn tent uit om te drogen, het is 7:15 uur. Een grote groep wandelaars verzamelt zich. Ze druppelen langzaam uit de hut naar buiten om samen met een jolige gids op pad te gaan. Veel peper dure Arcteryx jassen en modieuze brillen. Er zijn ook een paar vrijgezelle Nederlandse mannen bij. Ik schat een student algebra en een medewerker postkamer bij het gemeentelijk vervoersbedrijf Gouda. Twee totaal grijze bang-kijkende en leptosome mannen die hun maagdelijke slungeligheid veel weg hebben van giraffen in een tinyhouse.

Ze kijken bang en afgunstig. De gids wisselt zijn tien woorden Nederlands met mij om zijn imago binnen de groep nog wat op te krikken.

En dan vertrekken ze al sloffend op weg.

Hun aanblik is van zo’n wanhopige stoffigheid dat ik liever nog zo’n nacht op de kale berg doorbreng dan ook maar een uur mee te moeten lopen in hun midden. Een tweede kop koffie doet wonderen en vervuld al mijn dromen en verlangens. Dan ga ik mijn tent checken; het is bij achten als hij droog is en in mijn geheel opnieuw ingepakte en georganiseerde rugzak zit, en ik, oh wonder in een T-shirt en korte broek in de ochtendzon sta!

Ik ga binnen betalen en neem een reep chocolade mee voor onderweg.

Buiten gooi ik mijn rugzak om als ik bij de deur plotseling een stem hoor die mijn naam roept. Als ik omkijkt staat daar Mike. Leuke grappige en onzekere Mike die in al zijn net gewassen slordigheid naar mij staat te glimlachen.


Een uur en nog wat koffie later lopen we samen op.

Hij is op weg naar de Dolomieten, ik op weg naar het dal. En in de korte wandeling die ons naar ons tweede afscheid brengt, lachen we en delen verhalen.

Door mijn omweg langs Collina en Voltri waar ik de nacht doorbracht bij Illaria, Luciana en La Nonna heeft hij steeds een dag op mij voorgelopen.

Hij blijkt op precies dezelfde plek gekampeerd hebben boven bij het meertje waar ik op de 4e stond

En terwijl ik in mijn omheining sliep bij de Portzerhütte vierde hij een Fullmoonparty waarvan mijn mooie bergwaardin bij de Filmoor Standschützenhütte zo’n kater van had. Ik heb dus met mijn oude lijf uiteindelijk hier ingehaald!

Het weerzien is warm en vol vriendschap.

Een half uur later nemen we weer afscheid. Op een driesprong.

Het is tegelijkertijd vrolijk en melancholisch. We voelen ons stoere mannen en kleine jongetjes.

Maar er is niks aan te doen.

Het pad leidt altijd verder.

En in de omhelzing ligt de wetenschap dat dit de laatste keer gaat zijn dat we elkaar ooit nog zullen zien.

Even eenvoudig als hartverscheurend.


Ik kijk Mike na.

Ik moet huilen. Een beetje.

Eigenlijk vooral vanbinnen.

Omdat het zo mooi is, en eenvoudig en compleet. Je ontmoet, je deelt, je neemt afscheid. Waarom kan ik dat niet gewoon altijd zo? Loslaten voelt zo licht. Zo makkelijk en... zo rijk.

Tien minuten later ben ik in de warme ochtend zon op weg naar het dal.

Mijn hoofd spat uiteen van de gedachten, liedjes, liefde en vrolijkheid. Soms is geluk net iets te groot voor je lijf.



De weg onder mij slingert naar beneden en ademt niets meer van de de dreiging van vannacht.


Hoe levend kan je je voelen?

Ik dans een uur van de berg.

Een bijna dood ervaring, een weerzien, een afscheid, en… voor mij een ligt op een piepklein plateau een boerenherberg.

Ervoor kippen en lege tafels in de ochtend zon.

En hoewel ik eigenlijk op weg bent naar beneden voel ik dat dit een bijzondere plek is.

Ik laat mij vallen op een van de banken achter de tafels, in de zon. Uitkijkend op waar ik net vandaan kom: de schitterende bergen waarboven nu een koesterende zon schittert.


Ik kijk op de kaart. Ik ben door mijn voorraad heen en afgelopen nacht doet mij stevig verlangen naar een douche. Ik tel. Ik ben 10 dagen onderweg als ik mijn auto wel ophalen is dit wellicht het meest uitgelezen moment. De afgelopen nacht is misschien wel een goed slotakkoord voor het eerste deel van de tocht.

Drie en een half uur hier beneden ligt Sillian. De route vanuit hier buigt naar het zuiden en breng mij de eerst volgende halve week naar Italië. Dus even plots en onverwacht als hij begon gaat mijn eerste etappe hier dus eindigen.

Goed ik geef toe het is pas 11 uur.

Maar ik bestel een groot glas wit bier.

En in de totale rust komt over mij. Geen verplichting, geen haast en nog twee maanden de tijd.




 
 
 

Recent Posts

See All
40. Under way

29 juli 2020 Krinner - Hoch Frederik. Het is een genoegelijke wandeling. De zon schijnt en we lopen door het sprookjesbos. Gisteren was...

 
 
 
39. Een steen in het water

28 juli 2020 6:30 dichte hut het parmantige heertje De mens lijdt het meest door het lijden dat hij vreest. Of in normaal Nederlands: het...

 
 
 

1 Comment


Gerdy Swennen
Gerdy Swennen
Aug 29, 2021

Met ingehouden adem lees ik je verhalen. Pas aan het einde komt er een zucht van opluchting. Ik weet dat je leeft, maar bij elk verhaal leef ik met je mee En hoop ik op een goede afloop. Ik zie je boek al liggen in de betere boekhandel … er ligt nog maar 1 exemplaar van wat vorige week een grote stapel was … wegens groot succes 🍀

Like

Join My Mailing List

Thanks for submitting!

  • Instagram
  • YouTube
bottom of page